Nederland is aansprakelijk voor de schade van kinderen en weduwen van geëxecuteerde mannen in Zuid-Sulawesi in Indonesië. Dat heeft de rechtbank in Den Haag vandaag besloten. Maar of alle nabestaanden die de Nederlandse Staat hebben aangeklaagd ook echt een schadevergoeding krijgen staat nog niet vast. Een deskundige moet daar onderzoek naar doen.
De nabestaanden zijn zonen, dochters en vrouwen van Indonesische mannen die eind 1946 en begin 1947 werden geëxecuteerd door het Nederlandse leger in het toenmalige Nederlands-Indië. Nederland kan volgens de rechtbank, net als eerder bij het bloedbad in het dorp Rawagede op Java, geen beroep doen op verjaring.
In totaal 23 weduwen en kinderen hadden een rechtszaak aangespannen. Ze werden bijgestaan door advocaat Liesbeth Zegveld. Het staat volgens de rechter voor negen weduwen vast dat hun man daadwerkelijk is geëxecuteerd. De rechtbank buigt zich later nog over wie van de anderen in aanmerking komen voor een schadevergoeding en wat dan de hoogte van die vergoeding moet worden.
De rechtbank zal een deskundige benoemen die onder meer moet gaan kijken naar de erebegraafplaatsen in Zuid-Sulawesi. Het gaat dan bijvoorbeeld om de vraag of op die plekken uitsluitend mannen zijn begraven die door het Nederlandse leger zijn geëxecuteerd.
Zeker 3100 mannen zijn destijds doodgeschoten. Het bloedbad is de Zuid-Celebes-affaire gaan heten. Kapitein Raymond Westerling had carte blanche om het hevige verzet tegen Nederland in Zuid-Sulawesi de kop in te drukken. Hij en zijn ondergeschikten deden dat met veel geweld.
Gerechtigheid
Nabestaanden van geëxecuteerde mannen in Zuid-Sulawesi zullen het als gerechtigheid ervaren dat Nederland aansprakelijk is voor de schade die ze hebben geleden, reageerde Jeffry Pondaag van het Comité Nederlandse Ereschulden. Die stichting had de zaak aangespannen namens de nabestaanden.
Pondaag is ‘dik tevreden’, ondanks dat nog niet zeker is alle kinderen en weduwen die Nederland hadden aangeklaagd een vergoeding krijgen en ook de hoogte niet vaststaat. Om vast te stellen of de nabestaanden in de jaren veertig daadwerkelijk hun man of vader zijn verloren is meer bewijs nodig. De rechtbank gaat daarvoor ook een deskundige benoemen.
Volgens advocate Zegveld is de erkenning van de aansprakelijkheid die ook geldt voor kinderen ‘erg belangrijk’. Maar het zal volgens haar nog een heel karwei worden om het bewijs in alle gevallen helemaal rond te krijgen.
In de gebieden waar het is gebeurd zijn bijvoorbeeld leeftijden vaak slecht geadministreerd en weten de mensen vaak zelf ook niet hoe oud ze precies zijn. Het benoemen van een deskundige noemt Zegveld bijzonder. ‘Het is goed dat de rechtbank zelf initiatief neemt.’
x
Dit artikel verscheen eerder in De Volkskrant, 11 maart 2015
Gearchiveerd onder:9. Java Post