KLM-bloemenrit, 12 mei 1951
De voorpagina´s van de Indische pers vulden zich in de maand april 1951 met minder positieve berichten over de oorlog in Korea, het ontslag van generaal MacArthur, de aankomst van de eerste Molukse gezinnen in Nederland en de onderhandelingen tussen de Nederlandse en Indonesische regering over Nieuw-Guinea. Daar stond gelukkig tegenover dat Nederland in het voetbal met 5-3 van België had gewonnen, en een aangekondigde bloemenrit in Bandoeng.
Door Bert ImmerzeelDie bloemenrit, dat wás wat! Zowel de voorbereidingen als de verwerking van die 12e mei zou Bandoeng maandenlang bezig houden. Het idee van een bloemenrit was ontstaan in februari van dat jaar, toen de Vereniging van Huisvrouwen in Indonesië een bloemententoonstelling in Djakarta organiseerde, en daarbij de medewerking van de KLM inriep voor het inrichten van een stand met Hollandse tulpen. Het overvliegen van deze tulpen slaagde zo goed dat men mogelijkheden zag voor een vervolg. De Indonesische Motor Club zette zich graag in voor het idee, evenals de KLM.
Uit de Nederlandstalige krantenberichten spreekt iets onweerstaanbaar positiefs. Alsof het jaren ´50-gevoel ondanks de nog maar nét afgelopen koloniale oorlog, en ondanks het vertrek van duizenden Indo-Europeanen naar Nederland, ook híer in Indonesië zijn intrede deed. Tientallen sponsors droegen hun steentje bij. Het inschrijfgeld van R 25.- voor de bloemenrit werd afgedragen aan het Indonesische Rode Kruis, evenals de inleg van een sweepstake, waarin de bevolking werd gevraagd de winnaar te raden. Als prijzen voor deze sweepstake werden toegezegd een reis naar Bali, een radio en een 14-daags verblijf in Hotel Savoy Homann.
Iederéén wilde wel deelnemen, maar dat kon niet. Uiteindelijk werd maar een honderdtal deelnemers toegelaten, plus een handvol militairen. Voor een enkeling was de toegezegde bijdrage nog problematisch. Op 27 april luidde een annonce in de Java Bode: ‘Deelnemer, door omstandigheden op 12 mei a.s. niet over zijn auto kunnende beschikken, zoekt eigenaar van goede auto, die genegen is met zijn wagen de bloemenrit te rijden en steller dezes met twee passagiers mede te nemen.’
Afgaande op de namenlijst gepubliceerd in de Preanger Bode, mogen we aannemen dat ongeveer de helft van de deelnemers van Indo-Europese huize was, een kwart Chinees en een kwart Indonesisch. Er deden vijf vrouwen mee. De auto´s? Vooral Chevrolet, Ford, Plymouth en Fiat. De negen Indonesische militairen reden in een Jeep. Alle auto´s werden door bloemenmagazijn Puntjak versierd met slingers.
De route van de bloemenrit liep van het vliegveld Kemajoran in Djakarta via de Puntjak Pas naar Hotel Savoy Homann in Bandoeng. De deelnemers moesten onderweg op zoek naar aangewezen te herkennen locaties. Verder moesten ze zich houden aan een strak tijdschema. Winnaar werd degene die de meeste locaties juist had geraden en de minste strafpunten had opgelopen in verband met tijdsoverschrijding. In Bandoeng wachtten tientallen prijzen, die zouden worden uitgereikt tijdens een gala-diner op de avond van diezelfde dag in Savoy Homann.
Een dag om nooit te vergeten
Het werd, zo schrijft de Nieuwsgier, een dag om nooit te vergeten: ‘Naar ons beste weten heeft na de oorlog nog nergens in Indonesië een gebeurtenis plaatsgehad, welke ook maar bij benadering te vergelijken valt met deze Bloemenrit en de bijbehorende festiviteiten, die in alle kringen en onder alle landaarden der bevolking zulk een enthousiasme hebben veroorzaakt. Het was alsof een golf van energie en levenslust, alle bezwaren en moeilijkheden wegspoelende, zich heeft gekristalliseerd tot dit unieke geheel. Wij hebben in onze journalistieke carriëre in Nederland en Indonesië reeds veel meegemaakt, maar dit nog niet.’
Om 8 uur ´s morgens waren de eerste wagens vertrokken van Kemajoran, om twee uur ´s middags arriveerde de laatste deelnemer onder luid applaus van een duizendkoppige menigte in Bandoeng. Een nogal chaotische feestavond in Savoy Homann, waarbij aanwezig een drieduizend (!) betalende bezoekers, leverde – eveneens voor het Rode Kruis – R 10.000 op aan entreegelden en verder nog vele duizenden aan de verkoop van door de KLM ingevlogen tulpen. Een draaiorgel, haringkar, Heineken bier en cabaret maakten het programma compleet. Hollandser kon niet.
We hadden er graag bij willen zijn. Niet alleen om de haring en het bier, maar ook en vooral om er achter te komen welke gevoelens de vele aanwezigen bij dit feest moeten hebben gehad. Er werden bloemstukken geplunderd en tulpen gestolen. Na afloop van het gebeuren miste het hotel veertien zilveren vazen en vierhonderd stuks bestek.
Misschien was de onafhankelijkheid nog te jong, en het tijdsgewricht voor een dergelijk feest nog te onzeker. Misschien waren het slechts organisatorische problemen die een rol speelden. De rally zou later nóg enkele malen worden georganiseerd. Om begrijpelijke redenen deed Savoy Homann echter niet meer mee.