Quantcast
Channel: Java Post
Viewing all articles
Browse latest Browse all 529

Veel emoties tijdens debat over oorlog in Indonesië

$
0
0

Staatkundige implicaties, juridische complicaties en de Indische rijsttafel markeerden het debat over de Indonesië-oorlog.

Premier Mark Rutte tijdens het debat in de Tweede Kamer over het onderzoek naar de oorlog in Indonesië. [foto Bart Maat]

Door Frank Vermeulen

Het was weer zo’n moment waarop premier Mark Rutte (VVD) het copyright lijkt te hebben. Tijdens het debat in de Tweede Kamer woensdag over de Nederlandse militaire inzet tijdens de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog (1945-1950) antwoordde hij ineens op een vraag van Tweede Kamerlid Corinne Ellemeet (GroenLinks): „Even voor de achtergrond. Nederland erkent 17 augustus 1945 volledig en zonder voorbehoud. Wij zien de proclamatie als het historische feit.” Dat leek een cruciaal zinnetje. Want de proclamatie van de Indonesische onafhankelijkheid op 17 augustus 1945 wordt door Nederland sinds 2005 wel „politiek en moreel” erkend. Maar niet juridisch, en dat bleek uiteindelijk toch niet veranderd.

Kamerlid Ellemeet sprak in het debat uitgebreid met Rutte over het gebruik van de term „oorlogsmisdrijf”. GroenLinks vindt dat het kabinet beter die term kan gebruiken dan de formulering „structureel extreem geweld” waaraan Nederlandse militairen zich schuldig maakten. Het gaat onder meer om buitengerechtelijke executies van burgers, plundering, verkrachting en marteling.

Rutte accepteerde de redenering van Ellemeet niet. Tijdens het debat hield hij staande dat de oorlog in Indonesië „juridisch” een binnenlands conflict was. En daarom kan er geen sprake zijn van oorlogsmisdrijven. Want vóór de Geneefse Verdragen van 1949 kenden het strafrecht en internationaal recht geen schendingen van humanitair oorlogsrecht als oorlogsmisdrijf bij een „niet-internationaal conflict”.

Het was een betekenisvol moment in een historisch geladen debat. Het markeerde een voorlopig eindpunt op een weg die in 2016 begon met het besluit van het kabinet-Rutte II om subsidie te verlenen aan een onderzoek naar dat militaire optreden.

‘Structureel extreem geweld’

Vorig jaar februari verscheen uiteindelijk Over de grens, waarin een breed scala van aspecten van die oorlog in Indonesië de revue passeerde. Rutte nam direct de conclusie over dat Nederlandse militairen zich schuldig hadden gemaakt aan „structureel extreem geweld”.

Hij benadrukte dat hij daarmee het standpunt van het kabinet-De Jong uit 1969 terugdraaide. Dat kabinet was tot de conclusie gekomen dat Nederlandse krijgsmacht zich „als geheel in Indonesië correct heeft gedragen”.

Tijdens het debat woensdag bood Rutte namens het kabinet opnieuw excuses aan, aan Indonesië en aan allen in Nederland die door die oorlog waren beschadigd. En hij benadrukte dat de politieke en militaire leiding van toen de meeste blaam treft.

Fracties aan de rechterkant van het politieke spectrum, overigens inclusief het CDA, waren niet tevreden over het historisch onderzoek. In het voetspoor van de kritiek van veteranenorganisaties sprak CDA-woordvoerder Derk Boswijk over de „pijn bij veteranen” die het gevoel hebben te worden weggezet als oorlogsmisdadigers. Hij noemde net als woordvoerders van PVV, FVD, JA21, BBB en Groep-Van Haga het onderzoek van de instituten KITLV, NIMH en NIOD eenzijdig. Er zou te weinig aandacht zijn voor mensenlevens die zijn gered door Nederlandse militairen. Te weinig aandacht voor het Indonesische extreme geweld, met name tijdens de Bersiap.

Eerherstel

Kamerlid Wybren van Haga wilde eerherstel voor de beruchte kapitein Westerling, die hij „een held” noemde. FVD-voorman Thierry Baudet hield een lofzang op het kolonialisme en betreurde het verlies van „Insulinde”. BBB-voorvrouw Caroline van der Plas diende een motie in die betrekking had op de slechte behandeling door de Nederlandse staat van KNIL-militairen, Indische ambtenaren en hun nabestaanden die tijdens de WOII in een Japans kamp hadden gezeten en niet werden gecompenseerd voor misgelopen inkomsten. JA21-woordvoerder Derk-Jan Eppink kwam met een motie over de Indische rijsttafel.

Aan het slot vonden woordvoerders van de meeste fracties het debat niettemin „waardig”.

De emoties die SGP-woordvoerder Roelof Bisschop overvielen toen hij sprak over zijn vader die als dienstplichtige zag hoe een sergeant een Indonesische gevangene doodde, raakten veel deelnemers aan het debat.

Het onderzoek naar deze episode is nu afgerond, maar zoals Rutte vaststelde: „Nederland is nog lang niet klaar met het trauma van deze periode.”

 

Dit artikel verscheen eerder in NRC, 14 juni 2023

 

 


Viewing all articles
Browse latest Browse all 529