Door Kester Freriks
Vergeten verhalen, verzwegen herinneringen, verdrongen gebeurtenissen:
het zijn de sleutelwoorden van de laatste jaren. Er verschijnen meer boektitels dan ooit met de woorden ‘vergeten’ en ‘verzwegen’. Er is zelfs een begrip dat met zwijgen te maken heeft, het ‘Indisch zwijgen’.
Dat zwijgen heeft te maken met enkele traumatische gebeurtenissen uit het Nederlands-Indische verleden: na de Tweede Wereldoorlog bevocht Nederland in een hevige strijd de Indonesische onafhankelijkheid. De jonge soldaten van toen verborgen na terugkeer hun gruwelijke belevenissen, vaak tot op de dag van vandaag. Ook de opsluiting in Japanse kampen van vele duizenden Nederlanders en Indische Nederlanders zorgde voor zo veel pijn en verdriet, dat woorden tekortschieten. Mensen die dit hebben meegemaakt hulden zich in stilzwijgen; ze waren niet, zoals een andere uitdrukking suggereert, Oost-Indisch doof, ze waren wel onbereikbaar voor hun dierbaren.
Na aankomst in Nederland werden ze kil en vijandig bejegend. Ze vonden slechts één antwoord: van stilte, van zwijgen. Dat lijkt veilig. Voor familieleden is dat zwijgen echter een bron van verdriet en van vragen. Afgelopen jaar werden ‘verzwegen en vergeten verhalen’ van de Eerste Wereldoorlog opgehaald, omdat die oorlog honderd jaar geleden begon. Ook van de Tweede Wereldoorlog worden verhalen ‘levend’ gehouden.
Boosheid, verzet en ongeloof
Het leek onbestaanbaar dat het voormalig Nederlands-Indië ooit onafhankelijk zou worden. Na de laatste wereldoorlog gebeurde dat echter wel. Dit leidde tot veel boosheid, verzet en ongeloof. Daarom is er één verleden verzwegen: ons Indische verleden. Wat heeft zich daar afgespeeld?
Om enkele voorbeelden te noemen: Het vergeten verhaal (2014) van een onwankelbare liefde in oorlogstijd, van thrillerschrijver Charles den Tex en journaliste Anneloes Timmerije. Dat is behalve een liefdesverhaal ook een weergaloos spannende roman van meer dan vierhonderd bladzijden, gebaseerd op authentieke documenten, interviews en nooit eerder geraadpleegdebronnen, die zich afspeelt tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië en Australië. Of een ander, wat ouder voorbeeld: De verzwegen soldaat (2012) van Sylvia Pessireron over een Molukse vader en zijn dochter. Het boek Indisch zwijgen (2002) is een familiekroniek in interviewvorm, ook van Timmerije.
Opvallend genoeg is het bij zulke verhalen belangrijk dat ze aanspraak maken op ‘authenticiteit’. Pessireron opent haar boek met het beeld van een ondoorgrondelijke vader die elke dag aan het raam staat, turend in de verte. Gaandeweg blijkt dat haar vader militair was in het Koninklijk Nederlands-Indische Leger (KNIL), door de Nederlandse regering schandelijk behandeld. Tijdens de oorlog stond hij bloot aan martelingen. Eenmaal aangekomen in Nederland wilde hij zijn kinderen niet lastig vallen met verbittering, schaamte en machteloosheid.
Mensen uit de kolonie waren niet welkom
Het zwijgen of vaak welbewust vergeten is onlosmakelijk verbonden met het voormalige Nederlands-Indië. De eerste generatie die na deoorlog aankwam in Nederland is met dat zwijgen begonnen. Ze pasten zich aan, konden hun verhaal over de Japanse kampen niet kwijt ineen land dat geheel in de ban was van zijn eigen ‘veelbezongen Hongerwinter’ en dito verzetshelden.
Ook waren de mensen uit de kolonie hier niet welkom: Nederland kampte met voedsel- en woningtekort. Om Indonesië voor Nederland te behouden, ontketende ons land de politionele acties. Tienduizenden soldaten dachten op vredesmissie te gaan, maar ze raakten verstrikt in een bittere, uitzichtloze oorlog waarin excessen plaatsvonden jegens de Indonesische bevolking. Zijzelf stonden tegenover felle onafhankelijkheidsstrijders. Deze oorlogshandelingen en het zwijgen erover hebben trauma’s veroorzaakt, tot op de dag van vandaag.
Het gaat om ouders, soms grootouders
In het binnenkort te verschijnen onthullende interviewboek Op klompen door de dessa van Hylke Speerstra komen de mannen van toen aan het woord: ze waren soldaat, dwangarbeider onder de Japanse bezetter, gevangene. Zij vertellen verhalen die nooit eerder zijn verteld. Een van hen, een bijna honderdjarige die de wrede tijd van de Japanse bezetting overleefde, zegt wel emoties te hebben „maar ik loop liever niet met ze te koop”.
Opvallend is dat de auteurs van al deze boeken met vergeten verhalen gemiddeld vijftig tot zestig jaar zijn. Het gaat om hun ouders en soms grootouders. De stroom aan herinneringsboeken heeft ermee te maken dat deze generatie voor henzelf en voor hun kinderen – de kleinkinderen van de stille zwijgers – gebeurtenissen uit de levens van toen en daarginds willen reconstrueren.
Maar kan de waarheid wel echt achterhaald worden? In de loop van de tijd zijn herinneringen vertekend en vervaagd. In het boek van Den Tex en Timmerije staat een cruciale zin over het verzwijgen, het in stilte hullen: ‘Stilte houdt de gedachten klein.’
Ook kinderen werden verzwegen
Het kortgeleden verschenen documentenboek Liefde in tijden van oorlog (2013) van Annegriet Wietsma en Stef Scagliola heeft een meer dan suggestieve ondertitel: Onze jongens en hun verzwegen kinderen in de Oost. Nederlandse militairen legden het al snel aan met Indonesische meisjes uit de kampong. ‘Baboes’noemden ze die. En de kinderen die uit deze tropenliefdes voortkwamen, zijn in veel gevallen door de vaders verzwegen. Opnieuw dat beladen woord.
Niet alle verhalen komen in boekvorm terecht, er zijn ook andere media die het verzwegene openbaar maken. Een veel bezochte site voor het voormalige Nederlands-Indië heet Javapost.nl. Hier staan getuigenissen over onderwerpen die vergeten dreigden te raken, maar aan het licht worden gebracht.
Zo is er het aangrijpende verhaal van dochter Liesje de Leeuw die haar vader Eduard de Leeuw memoreert, reserveofficier in het KNIL, die zich tijdens de oorlog op Java verborgen hield om aan de doodsbedreiging door Japanners te ontkomen.
Zijn dochter tekende dit dramatische, geheime verhaal op. Dat De Leeuw als militair onderdook, heeft hem zijn leven met schaamte en angst achtervolgd. Een trauma dat niet nalaat effect te hebben op zijn kinderen, onder wie dochter Liesje, en zelfs zijn kleinkinderen.
De combinatie van archiefonderzoek, interviews met betrokkenen of hun kinderen is maatgevend voor het verbreken van het zwijgen. Dat al deze verhalen hun oorsprong vinden in het vroegere Nederlands-Indië is beslist geen toeval. De getuigen van toen zijn gemiddeld tachtig jaar oud, vaak ouder. Hun verhalen lagen decennialang opgeslagen in hun geheugen, als vergeten. Gelukkig worden al die slapende verhalen uiteindelijk wakker omdat mensen van een of twee generaties later willen weten hoe het vroeger was. Zolang mensen van toen leven, bestaan vergeten verhalen niet.
x
Kester Freriks (Jakarta, 1954) werkt momenteel aan het boek Echo’s van Indië. De Indonesische onafhankelijkheid in verhalen en herinneringen, te verschijnen in augustus 2015.
Dit artikel verscheen eerder in NRCNext, 1 januari 2015.
Gearchiveerd onder:9. Java Post